Nieuwe hopvariëteiten ontwikkelen en denken aan irrigatie van hopvelden

Facebook
X
LinkedIn
WhatsApp

Terwijl de klimaatimpact op de hopteelt zich het sterkst laat voelen in Centraal-Europa, ondervinden ook Belgische hoptelers de gevolgen ervan, aldus Lies Willaert, hop-onderzoeker bij Inagro. Daarom wapent de hopsector zich met de ontwikkeling van nieuwe, klimaatresistente en streekeigen variëteiten. Zo worden irrigatieprojecten bestudeerd voor bevloeiing van hopvelden maar wordt er ook gezocht naar variëteiten die weerstaan aan te lage of te hoge vochtigheid.

Onderzoek in Duitsland, Tsjechië en Slovenië wijst, volgens Lies Willaert, hop-onderzoeker bij Inagro, op aanzienlijke verschillen in de hopteelt tussen de periode voor 1994 en nadien. Zo begint hop ongeveer twintig dagen eerder af te rijpen, is de opbrengst per hectare gedaald met 0,2 ton/jaar en is het alfa-gehalte met 0,6% verminderd. Wanneer die trends zich verder zetten, zal de opbrengst tegen 2050 met 4-18% dalen en het alfa-gehalte afnemen met 20-31%. Omdat kwalitatief hoogstaande aromahoppen in relatief kleine regio’s worden geteeld, is er ernstig risico dat die teelt gaat lijden onder hittegolven en extreme droogte. Hoptelers hebben daarop ingespeeld door enerzijds nieuwe, meer beschutte hopvelden aan te leggen op plaatsen met een hogere grondwatertafel en anderzijds meer resistente variëteiten te telen. Naar het voorbeeld van de wijnbouw worden hopvelden in onder meer Zatec sinds 2015 met water bevloeid.

Inagro Lies Willaert onderzoek hopteelt
Lies Willaert: “De klimaatimpact op de Belgische hopteelt laat zich voelen, maar blijft voorlopig enigszins beperkt in vergelijking met Centraal-Europa”.

2022 was te warm en te droog, 2024 was te nat

“De klimaatimpact op de Belgische hopteelt laat zich voelen, maar blijft voorlopig enigszins beperkt in vergelijking met Centraal-Europa”, stelt Lies Willaert. “Extremen zoals een heel warm en droog jaar in 2022 beïnvloeden de opbrengst en kwaliteit. In 2022 lag de hopproductie in België bijna 30 % lager in vergelijking met 2021. Verder werd ook een daling in de opbrengst alfazuren vastgesteld van 7 %. 2024 was een heel ander, vooral nat, jaar met een koud voorjaar waardoor de opbrengst eveneens tegenviel. Hoewel de hopvelden er visueel goed uit zagen, lag de opbrengst in kilo’s per hectare gemiddeld 20% lager en dat in vergelijking met een langjarig gemiddelde. Bij klassiek geteelde variëteiten zoals Golding en Cascade werd op de proefvelden van Inagro -26% genoteerd, voor Magnum, Target en Centennial was de opbrengst tussen15 en 20% lager. In Duitsland, dat meer een landklimaat heeft, was er niet echt een minderopbrengst in 2024. Wanneer dergelijke natte jaren zich regelmatiger manifesteren, moet er misschien meer specifiek worden gewerkt rond vochtigheid want dat leidt tot schimmelinfecties. Niettemin is de algemene trend en opvatting dat wij evolueren naar langere periodes van droogte en temperatuurstijgingen”.

Rendabel en zinvol bevloeien

De impact daarvan is in Poperinge en Zuid-Engeland, die een meer gematigd zeeklimaat en een hogere grondwatertafel hebben, alsnog minder groot dan in Centraal-Europa dat een droger en warmer continentaal klimaat kent.
Omdat drogere en warmere periodes mogelijk ook hier frequenter gaan voorkomen, bestudeert een Europees Interreg-project Tomorr’hop de toekomst van de hopteelt in Vlaanderen, Wallonië en Noord-Frankrijk. “Enkele veldproeven worden dit jaar opgestart en opgevolgd gedurende drie jaar. Wij onderzoeken of en onder welke vorm rendabele irrigatieprojecten kunnen”, licht Lies Willaert toe. “Welk type beregening werkt het best in de hopvelden? Wanneer gebeurt die bevloeiing het best; is dat cruciaal bij extreme hitte in augustus of is het beter tijdens de bloeiperiode in juli of reeds van in het begin van het groeiseizoen? Hoeveel water moeten wij aanvoeren? Is er een verschil voor vroege en late hopsoorten. Het wordt boeiend om na te gaan of irrigatie in onze regio rendabel is. In Frankrijk worden ook proeven opgestart waaronder een proef waarbij de bodem van het hopveld bedekt wordt met een mulchlaag”.

Inagro proefveld Roeselare Beitem nieuwe hopvariëteiten
Op het Inagro-proefveld in Roeselare-Beitem en bij diverse hoptelers worden zo’n 75 nieuw veredelde variëteiten nauwgezet opgevolgd.

Streekeigen variëteiten ontwikkelen

Gelijktijdig zet Inagro op vraag van hoptelers en brouwerijen in op de ontwikkeling van streekeigen variëteiten. In België worden hoofdzakelijk buitenlandse variëteiten geteeld. In herkomstlanden wordt sterk ingezet op het veredelen en klimaatbestendig maken daarvan of het creëren van nieuwe aromaprofielen.
“Voor onze hoptelers wordt het almaar moeilijker om die nieuwe meestal gepatenteerde variëteiten aan te kopen om te telen”, stelt Lies Willaert. “In samenwerking met ILVO(Merelbeke), Hogeschool Vives (Roeselare), stad Poperinge en vzw HOP hebben wij enkele jaren geleden samen met diverse telers en brouwerijen een project opgezet om nieuwe streekeigen variëteiten te veredelen”.
Op het proefveld in Roeselare-Beitem en bij diverse hoptelers worden zo’n 75 nieuw veredelde variëteiten nauwgezet opgevolgd. “Je ziet relatief snel hoe de ranken zich vormen en de hopbellen zich ontwikkelen. In overleg met hoptelers en brouwers gaan wij bepaalde kruisingen elimineren of verder ontwikkelen. Daartoe zijn wij met enkele brouwers in een eerste fase de verschillende kruisingen op het veld aromatisch gaan evalueren. Vervolgens werd een selectie geoogst, gewogen en gedroogd en werd ook het gehalte alfazuren en hopoliën gemeten. Zes proefvariëteiten hebben wij onder een codenummer ingestuurd voor de jaarlijkse hopkeuring in Poperinge. Twee variëteiten werden heel positief onthaald qua aroma en door brouwers beschouwd als een mogelijke topper om bier mee te maken”, stipt Lies Willaert aan.

Hop kwalitatief evalueren in proefbrouwsels

Vanop de verschillende proefvelden werd een dertigtal variëteiten geselecteerd en gekeurd door brouwers en experten. Met vier variëteiten daarvan worden aan HoGent/UGent enkele proefbrouwsels gemaakt om na te gaan of je er ook goed bier mee kan brouwen. Enkele brouwers hebben zich eveneens geëngageerd voor het maken van proefbrouwsels.
“Binnen een tweetal jaren hopen wij dan op zijn minst één nieuwe, streekeigen, variëteit te kunnen voorstellen”, geeft Lies Willaert aan. “Dat wil niet zeggen dat er meteen volop kan worden gebrouwen met die hopvariëteit. De geselecteerde variëteit moeten eerst nog vermeerderd worden tot een voldoende groot aantal om een hopveld te kunnen aanplanten. Vervolgens moet je nog een drietal jaar rekenen alvorens je een noemenswaardige opbrengst kan oogsten van een nieuw aangeplant veld. Samengeteld mag je toch rekenen op acht tot tien jaar om een nieuwe variëteit commercieel te introduceren en te verwerken in bier. Ondertussen loopt het veredelingsproject verder en worden er ook dit jaar nieuwe kruisingen aangeplant en geselecteerd om verder ontwikkeld te worden. Wat dat betreft is een nat jaar, zoals 2024, ook interessant omdat het laat zien hoe resistent die kruisingen zijn tegen vochtigheid en schimmelinfecties”.

Inagro proefveld hopteelt
Een nat jaar, zoals 2024, was ook interessant omdat het laat zien hoe resistent die kruisingen voor nieuwe variëteiten zijn tegen vochtigheid en schimmelinfecties.

Verschenen in Bierpassie nr. 106, maart 2025