De houdbaarheidsdatum op een flesje of een blikje bier. Heeft die datum van ‘ten minste houdbaar tot’ nog zin? Wij vragen ons af of sommige brouwers hun bier al eens geproefd hebben wanneer het stilaan de vermelde datum nadert.
In de Europese Unie moet sinds 2000 elk voedingsmiddel een houdbaarheidsdatum hebben. Dat geldt ook voor dranken met een alcoholgehalte lager dan 10 volumeprocent, waardoor brouwers doorgaans worden verplicht om een datum aan te brengen op het etiket, de fles, de kroonkurk of het blik.
Omdat bier niet meteen bederft zoals zuivelproducten, vis en vleeswaren krijgt het geen ‘te gebruiken tot’- maar een ‘ten minste houdbaar tot’-datum. Tot op de aangegeven datum moet het bier zijn specifieke eigenschappen inzake kleur, aroma en smaak behouden. Na die datum wordt de door de brouwer beoogde kwaliteit niet meer gewaarborgd; het bier kan nog wel bewaard worden maar het evolueert, in goede of slechte zin. Dat is de theorie.
En nu, de praktijk. Omdat brouwers hun bier ook moeten verkopen, krijgen bieren zelden houdbaarheidsdata van zes maanden of een jaar. De logistieke keten via groothandel, distributieplatform, drankenhandel, horecazaak, grootwarenhuis en buurtwinkel vergt immers tijd. Daarom weren sommigen bieren met houdbaarheidsdatum tot een jaar uit hun distributiekanalen. Bovenop de tijd om het bier te verdelen, komen immers nog de dagen, weken of maanden dat het bier op het winkelrek of achter de toog van een café staat alvorens het wordt geproefd.
Het gevolg daarvan is dat brouwers houdbaarheidsdata van achttien maanden, twee of drie jaar na de afvuldatum vermelden. Zo wordt een tijdige distributie verzekerd want het bier is voldoende lang houdbaar om zijn weg te vinden tot bij de klant. Helaas verdient niet elk bier die vooruitgeschoven houdbaarheidsdatum. In Bierpassie hebben wij al meermaals gewezen op de snelle veroudering van bier en het feit dat de overgrote meerderheid van onze bieren niet is geconcipieerd als provisie- of bewaarbier maar bij voorkeur vers en jong wordt gedronken. Tijdens proeverijen is al herhaaldelijk gebleken dat onder andere alcoholvrije bieren, licht alcoholische bieren, pilsbieren, witbieren, speciale belges en sterk gehopte dry-hopping bieren zonder hergisting op fles al na zes maanden behoorlijk inboeten aan ‘fraicheur’.
Theoretisch zijn die bieren nog houdbaar, maar lekker en uitnodigend om een tweede exemplaar te bestellen? Helemaal niet. In de late middeleeuwen en vroeg moderne tijden werden brouwers soms gestraft en bierheksen tot op de brandstapel gevoerd wanneer zij slecht bier hadden verkocht. Zo ver willen wij zeker niet gaan, maar is het te veel gevraagd dat brouwers hun reeds verouderde, maar theoretisch nog houdbare, bieren op regelmatige tijdstippen blind zouden proeven. Velen zouden zich een aap schrikken wanneer wij hen hun bieren met ‘ten minste houdbaar tot’-datum zouden voorschotelen na een zestal maanden of enkele maanden voor het verstrijken van die datum. Houdbaar? Ja. Kwalitatief nog steeds in orde en lekker? Ik vrees ervoor. Bijkomend de afvuldatum vermelden, biedt wellicht meer garantie op lekker, dan alleen maar houdbaar bier.
P.S. Voor de goede orde, deze column slaat alleen op bieren die vakkundig werden gebrouwen en werden afgevuld en bewaard in optimale omstandigheden.
(Verschenen in Bierpassie nr. 102, maart 2024)